De impact van een opmerkelijk arrest van de Hoge Raad op aansprakelijkheid bij bouwwerkzaamheden

De bouwsector is een cruciale pijler van de Nederlandse economie, maar het brengt ook inherente risico’s met zich, vooral als het gaat om schade aan eigendommen van derden tijdens bouwwerkzaamheden. De Hoge Raad heeft recentelijk een opmerkelijke uitspraak gedaan die het landschap van aansprakelijkheid bij bouwwerkzaamheden heeft veranderd. Dit arrest, dat plaatsvond op 12 januari 2024 (ECLI:NL:HR:2024:17), heeft geleid tot veel discussie en vragen binnen de juridische gemeenschap, vooral binnen het domein van bouwrecht en vastgoed. In deze blogpost zullen we dieper ingaan op de achtergrond van het arrest, de overwegingen van de Hoge Raad en de bredere impact op de bouwwereld in Nederland.

De achtergrond van het arrest

De kern van de zaak draait om een bouwproject waarbij een aannemer betrokken was bij de bouw van een winkel met appartementen en een kelder. Tijdens de werkzaamheden ontstond er schade aan een naastgelegen pand, wat leidde tot een juridisch geschil over aansprakelijkheid. Zowel de rechtbank als het gerechtshof oordeelden dat de aannemer niet onrechtmatig had gehandeld, maar na cassatie kwam de zaak voor de Hoge Raad, die een andere visie had op de zaak.

Het oordeel van de Hoge Raad

Het lijkt erop dat de Hoge Raad heeft gebroken met de heersende leer. Hij oordeelde dat zelfs als een aannemer voldoende zorgvuldig handelde om schade aan derden te voorkomen, deze op grond van onrechtmatige daad toch aansprakelijk kan zijn als schade ontstaat. Daarbij vond de Hoge Raad het volgende van belang:

• de werkzaamheden werden in het belang van de opdrachtgever van de aannemer uitgevoerd en leverde voor de eigenaresse van het naastgelegen pand geen voordeel op;
• de schade behoort niet zonder meer tot hetgeen door een derde in het maatschappelijk verkeer moet worden geduld bij bouwwerkzaamheden van een ander; en
• het lag op de weg van de aannemer om zich tegen aansprakelijkheid voor het toebrengen van schade aan derden te verzekeren.

De impact op de bouwsector

Deze uitspraak heeft verstrekkende gevolgen voor de bouwsector in Nederland. Aannemers en opdrachtgevers moeten zich bewust zijn van het feit dat zelfs bij zorgvuldige planning en uitvoering van bouwprojecten, aansprakelijkheid niet uitgesloten is als er schade ontstaat aan derden. Dit vereist een heroverweging van risicomanagementstrategieën en verzekeringspolissen binnen de industrie.

Conclusie

De conclusie is dan ook dat zelfs als een aannemer bij de voorbereiding en de uitvoering van werkzaamheden voldoende maatregelen heeft getroffen ter voorkoming van schade aan zaken van derden en de werkzaamheden op zorgvuldige wijze heeft uitgevoerd, zij toch aansprakelijk kan zijn voor de schade die derden door de bouwwerkzaamheden hebben geleden. Deze uitspraak zal naar verwachting een blijvende impact hebben op de juridische en zakelijke praktijken binnen de Nederlandse bouwindustrie.

Let’s partner up!

Wil jij weten wat dit betekent voor jouw onderneming? Of wil jij jouw (onder)aannemingsovereenkomsten actualiseren? Neem vandaag nog contact op via info@najamavoogdadvocatuur of 06 4814 5651.